Bij Bello is het onderwijs opgebouwd uit vijf basisactiviteiten: spreken, werken, spelen, vieren en stilte. Deze activiteiten worden afgewisseld in het ritmisch weekplan. Lees hieronder hoe wij dit bij Bello vormgeven.
Een belangrijk deel van de dag wordt in beslag genomen door werk. Werk is: doelgericht bezig zijn met leeractiviteiten. Het spelend leren van de onderbouw vermindert in de middenbouw en is in de bovenbouw meer taakgericht geworden.De stamgroepleider zorgt ervoor dat de kinderen hun eigen mogelijkheden zoveel mogelijk leren ontdekken en ontwikkelen. Dat betekent dat het ene kind sneller werkt dan het andere. Ook houdt dat in dat het ene kind meer hulp nodig heeft dan een ander kind. Bovendien zullen niet alle kinderen precies dezelfde leerstof doorwerken of er allemaal op dezelfde tijd of manier mee bezig zijn. Dit noemt men differentiatie. Dit vindt plaats tijdens de instructie en de verwerkingsperiode (samen: blokperiode). Kinderen werken tijdens de blokperiode aan hun weektaak. Wij leren kinderen al vanaf jonge leeftijd om de groep te gebruiken als vraagbaak wanneer de juf of meester niet beschikbaar is, omdat deze uitleg geeft aan een groepje kinderen. Kinderen kunnen dan elkaar bevragen of kiezen om eerst een andere taak te doen die wel zelfstandig lukt.
In een jenaplanschool wordt het spreken met elkaar heel belangrijk gevonden. Daarom houden we iedere dag in elke groep gesprekken in de kring. Op die manier kunnen we in verbinding met elkaar spreken. In de schoolwoonkamer van de stamgroepen is de kring dan ook goed zichtbaar: een plek waar open met elkaar gesproken kan worden.In de jenaplanschool kennen we verschillende soorten (kring)gesprekken, zoals de leeskring, de planningskring, de vergaderkring (met afvaardiging naar de kinderraad), enz. In de vertelkring kunnen de kinderen elkaar dingen vertellen die ze beleefd hebben. Deze gesprekken zijn een overgang tussen de thuissituatie en de school.
Kinderen leren door spel. Niet alleen in de onderbouw, maar er is aangetoond dat bewegend leren een positief effect heeft op de hersenactiviteit. In een jenaplanschool ligt in de onderbouw een grote nadruk op leren door spel. Ook is spel te zien buiten op het plein, binnen in de gymzaal, maar ook in de stamgroep: in de kring, tussen de lessen door of bij vieringen.
Hier ligt de nadruk op het samen iets vieren in een goede sfeer. Het samen vieren, actief bezig zijn en beleven van een feestelijke gebeurtenis geeft een groot gevoel van saamhorigheid. De viering wordt in het algemeen door de kinderen voorbereid en uitgevoerd. Binnen de eigen bouw vindt op vrijdagmiddag de weekviering plaats. Aan het begin van de maand vieren we schoolbreed de maandviering in de speelzaal. Hierbij ligt de nadruk op aan elkaar presenteren waar in de stamgroepen en bouwen aan gewerkt is. Sinterklaas, de kerstviering, ons open podium, de verjaardagen van kinderen en stamgroepleiders, en het afscheidsfeest voor de schoolverlaters vormen binnen jenaplanonderwijs de bijzondere vieringen. Daarnaast kennen we nog andere vieringen zoals presentaties, projectafsluitingen, creatieve middagen en het openen en afsluiten van een schooljaar. Stoombol doet mee aan de schoolbrede vieringen.Voor een deel van deze bijzondere vieringen worden de ouders uitgenodigd om mee te vieren.
Stilte is nodig om de verdieping in te gaan of om je te bezinnen. De ritmiek van de week bestaat uit een afwisseling van activiteiten en stilte. Zo bestaat een deel van de blokperiode uit stil werken waarbij de kinderen zelfstandig bezig zijn.